Weet in 6 stappen welke groepenkast jij moet kiezen
Een essentieel onderdeel van je huis of pand is de groepenkast. Een groepenkast kan je eigenlijk zien als opvolger van de traditionele meter- of stoppenkast. Een groepenkast bestaat tegenwoordig niet uit stoppen en zekeringen, maar uit installatieautomaten of aardlekautomaten. De belangrijkste reden waarom de groepenkast verplicht is, is de veiligheid. De groepenkast bestaat namelijk uit één hoofdschakelaar en meerdere aardlekschakelaars inclusief gekoppelde installatieautomaten (eindgroepen) met als doel de installatie veilig te houden. Twijfel je nou welke groepenkast bij jouw huis of pand past en wil je meer informatie over de installatie van een groepenkast? In deze blog worden deze punten besproken in een eenvoudig stappenplan zodat jij precies weet wat je moet doen.
Stap 1: 1-fase of 3- fase groepenkast
Om te beginnen is het zeer belangrijk om te weten welke fase groepenkast je nodig hebt. Je kunt kiezen uit een 1-fase of 3-fase groepenkast. In de meeste huishoudens wordt er gebruik gemaakt van een 1-fase groepenkast. Maar hoe weet je nu of je een 1 fase of een 3 fase aansluiting hebt van het energiebedrijf. Hier kan je eenvoudig achter komen door de jaarrekening van de energieleverancier op te vragen. Op de jaarrekening staat dit namelijk vermeld. Het belangrijkste verschil tussen een 1-fase en 3-fase groepenkast is dat een 3-fase groepenkast meer vermogen aan kan. Bij het gebruik van apparaten met een vermogen van 3.600 Watt of meer is een 3-fase groepenkast nodig. Voorbeelden van zulke apparaten zijn grote ovens, een laadpunt voor je elektrische auto of een bubbelbad. Bij normaal huiselijk gebruik zal een 1-fase groepenkast meer dan voldoende zijn.
Stap 2: Hoofschakelaar toevoegen
Sinds 2005 is het verplicht om je groepenkast te voorzien van een hoofdschakelaar. Dit geldt voor huizen waarbij de bouwvergunning ná 2005 is afgegeven of voor huizen die flinke elektrotechnische veranderingen ondergaan. De hoofdschakelaar zorgt ervoor dat je alle aangesloten elektrische installaties aan en uit kan schakelen. Bij het kiezen van een 1 fase of een 3 fase groepenkast maak je indirect ook een keuze voor een 2 polige of 4 polige hoofdschakelaar. De 2 polige hoofdschakelaar kun je gebruiken voor de 1 fase groepenkast en de 4 polige hoofdschakelaar kun je gebruiken voor de 3 fase groepenkast.
Soms wordt bij een toekomstig 3 fase groepenkast de fase van de hoofdschakelaar doorgelust, op die manier wordt er (tijdelijk) een 1 fase aansluiting gerealiseerd van een 4 polige hoofdschakelaar.
Stap 3: Aantal benodigde groepen
In een groepenkast zitten aardlekschakelaars. Deze zorgen ervoor dat de gehele installatie veilig blijft, en schakelt de installatie uit in het geval van een te hoge lekstroom. Achter een aardlekschakelaar kun je maximaal 4 groepen voeden. Elke groep kan een maximale hoeveelheid lekstroom aan. Het is dus belangrijk om te weten hoeveel vermogen de apparaten nodig hebben die je wilt gaan gebruiken in je huishouden of pand. Informatie omtrent vermogen per apparaat kan je op het apparaat zelf vinden. Het is hierbij belangrijk om het vermogen van alle apparaten te verdelen over de groepen. Achter één aardlekschakelaar mogen zoals gezegd maximaal 4 groepen gekoppeld worden. Wanneer er dus meer groepen worden gekoppeld, kan dit ervoor zorgen dat de aardlekschakelaar afslaat.
Apparaten die een vermogen van 2.000 Watt of meer nodig hebben, kun je beter aansluiten op een aparte groep. Wanneer je meerdere apparaten met veel vermogen op één groep aansluit, wordt de groep overbelast met lekstroom. Apparaten die 2.000 Watt of meer verbruiken zijn bijvoorbeeld vaatwassers, wasmachines en ovens. Installatieautomaat nodig? Klik hier.
Stap 4: Aantal benodigde aardlekschakelaars
Zoals in stap 2 vermeld, zitten er aardlekschakelaars in een groepenkast om de installatie spanningsloos te houden. Hoeveel aardlekschakelaar je nodig hebt, hangt af van het aantal groepen die je wilt gaan gebruiken. Er mogen namelijk achter één aardlekschakelaar maximaal 4 groepen gekoppeld worden. Ga je 5 of meer groepen koppelen, ontstaat er te veel lekstroom en kan dit bijvoorbeeld resulteren in stroomuitval. Het is daarom belangrijk om te weten hoeveel groepen je wilt gaan gebruiken door te bekijken hoeveel vermogen je apparaten nodig hebben. Aardlekschakelaar nodig? Klik hier.
Stap 5: Installatieautomaat
Eén van de belangrijkste componenten van een groepenkast is de installatieautomaat. De installatieautomaat werkt als een beveilingssysteem voor elektrische bedrading. Door te hoge elektrische stromen kan er overbelasting of zelfs kortsluiting ontstaan. Wanneer er teveel hoge elektrische stromen ontstaan, onderbreekt de installatieautomaat het elektrische circuit.
Je kan ook voor een aardlekautomaat kiezen. In feiten is dit een combinatie van een aardlekschakelaar en een installatieautomaat. Het voordeel van een aardlekautomaat is dat bij lekstroom alleen de groep waarin deze storing plaatsvindt, spanningsloos wordt. Daarbij kan je dankzij de aardlekautomaat ook eenvoudig zien waar de storing zit. Het enige nadeel zit hem in het feit dat de oorzaak van een storing lastiger te vinden is. Installatieautomaat nodig? Klik hier.
Stap 6: Aanvullende componenten
Stap 1 tot en met 5 bestaan uit standaardcomponenten om je groepenkast veilig te maken. Maar je kan er ook voor kiezen om eventuele aanvullende componenten toe te voegen aan je installatie. Zo kan je in het geval wanneer je elektrisch kookt ervoor kiezen om een fornuisgroep of kookgroep toe te voegen. Deze groepen zorgen door middel van gekoppelde installatieautomaten voor meer vermogen op de desbetreffende groep.
Daarbij kan je ook een overspanningsbeveiliging toevoegen aan je groepenkast. Deze beveiliging zorgt ervoor dat je elektrotechnische installatie beveiligd wordt bij overspanning. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn wanneer bliksem inslaat. Het bereik van een bliksemschicht is namelijk 2 kilometer vanaf het contactpunt.
Een beltransformator zorgt ervoor dat de stroomvoorziening van de deurbel naar zwakstroom schakelt. Deurbellen werken op zwakstroom. Zwakstroom voor een deurbel is over het algemeen 8 volt wisselspanning. Een deurbel kan dus niet rechtstreeks op 220 volt aangesloten worden.
Alle componenten overzichtelijk in 1 categorie: klik hier.
Ten slotte
Wees je bewust van het feit dat een groepenkast een ontzettend belangrijk onderdeel van je huis of pand is. Met de juiste groepenkast kan je de veiligheid voor jou en bijvoorbeeld je gezin of omgeving waarborgen. Zoek dus goed uit welke componenten je nodig hebt, voordat je gaat werken aan de groepenkast.
Wij vinden het superleuk als je je reactie wilt achterlaten. Klik op de reactieknop onderaan deze pagina om een reactie te plaatsen. Alvast bedankt!